De geluidsregels voor windturbines zijn met ingang van 2011 aanzienlijk verruimd.
Dit gebeurde om ruimte voor windenergie te scheppen tegen net aanvaardbare volksgezondheidseffecten; een schoolvoorbeeld van gelegenheidsregelgeving.
Voor alle vormen van industrielawaai geldt een norm die bepaald wordt door het geluidsniveau van de omgeving. Alleen voor windmolengeluid is een uitzondering, gemaakt, met een algemene norm die voor landelijk gebied onacceptabel hoog ligt.
Windmolens mogen nu binnenshuis overal driemaal zoveel ernstige hinder veroorzaken als snelwegen.
Lnight geeft geen extra bescherming voor de nacht.
Omwonenden die aan de nieuwe normen (Lden 47 dB) worden blootgesteld zijn gegijzeld. Vertrekken kan niet omdat de woning onverkoopbaar is geworden (Noord- oostpolder, Veenkoloniën).
Zijn er pieken in de elektriciteitsvraag, dan worden die opgevangen door zogenaamde piekscheerders. Dit zijn gasgeneratoren, die weliswaar snel geregeld kunnen worden, maar een laag brandstofrendement hebben dat tot 30% kan dalen. Door het opvangen van de windstroompieken gaan de klassieke centrales dus meer fossiele brandstof verstoken.
Het Centraal Planbureau berekende de kosten wind-op-land. Bij de berekening van de baten ging men, eveneens aan de hand van cijfers van het ECN, uit van een gemiddelde capaciteitsfactor, CF, van 32%. Omdat de bestaande molens 22% halen zouden de nieuwe dus zouden een CF van 40% hebben. Dit is onrealistisch hoog voor wind-op-land. Hieruit volgt, dat de berekende baten in het CPB rapport met 20 tot 25% naar beneden moeten worden bijgesteld. Op ons Wob-verzoek om de onderbouwing van deze 40% verwees minster Kamp naar het ECN. Maar het ECN bleef het antwoord schuldig.
In het Energieakkoord is het onderdeel windenergie eenzijdig tot stand gekomen, alleen uitgenodigde organisaties namen aan het gesprek deel. Milieuorganisaties en energiebedrijven zaten aan, maar bijdragen van andere groeperingen zoals de NLVOW en het NKPW waren niet welkom.
De geluidsregels werden fors versoepeld, waarbij het ministerie van VROM er niet voor terugschrok de Tweede Kamer van onjuiste informatie te voorzien. Het gevolg is dat de geluidsnorm bij ons minstens tweemaal zo ruim is als overal elders in Europa.